Naam: gerechtsgebouw Hoge Raad der Nederlanden
Type: gerechtsgebouwen;
Opdrachtgever: Rijksvastgoedbedrijf
Uitgevoerd: ja
Bestaand: ja
Architecten: Kaan, K. (KAAN Architecten), 2016; Panhuysen, V. (KAAN Architecten), 2016; Scipio, D. (KAAN Architecten), 2016;
Bijdragen: BAM Bouw en Techniek -aannemer-, Verhoeven, E. -kunsttoepassing-,
Adres: Korte Voorhout 8, 2511 EK, Den Haag;
Bijzonderheden:

Het gebouw voor de Hoge Raad is gebaseerd op een helder onderscheid tussen publieke en open onderbouw en besloten bovenbouw met de kantoren. De ragfijne, dragende glazen gevel, die de gehele bovenbouw omhult, rust op een stenen onderbouw die aan het Lange Voorhout geheel open is middels een twee verdiepingen hoge glazen gevel over de gehele lengte van het gebouw. De afstand van de kantoren tot de straat heeft KAAN Architecten nog iets vergroot door boven de dubbelhoge plint een verdieping op te nemen voor de ondersteunende diensten en het gezamenlijke restaurant. In de onder- en bovenbouw van het gebouw konden zo twee verschillende werelden ontstaan, passend bij de dualiteit in het programma van de Hoge Raad. Met deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheid die tot in de details is uitgewerkt, is uitdrukking gegeven aan het dualisme van de Hoge Raad zelf, als soevereine wetenschappelijke organisatie die verantwoording schuldig is aan de samenleving. De ruimtelijke opbouw van de onderbouw en de bovenbouw verschillen net zo sterk van elkaar als hun gevels. Aan de straat heeft KAAN Architecten een meanderende foyer ontworpen, die zich rond de rechtszalen vouwt. Direct aan de glazen gevel ligt de foyer exact op straatniveau. Hierachter ligt deze iets verdiept, om momenten van iets meer privacy en geborgenheid te introduceren. De Hoge Raad heeft een grote zaal met 400 zitplaatsen en een kleine zaal met 80 zitplaatsen. De zalen zijn identiek gematerialiseerd in hout en met een spectaculair alabaster wand achter de lange tafel waar de rechters plaatsnemen. Voor de onderbouw als geheel gebruikt Kaan de metafoor van het basement van een sculptuur. Hij omschrijft de onderbouw als een natuurstenen blok waaruit de foyer is gesneden. Binnen dit architectonische concept bekroont de natuurstenen gevel van de tussenverdieping de onderbouw. Een bijzonder element in de onderbouw is de entree. Bij een eerste bezoek loop je er gemakkelijk aan voorbij. Als contrast met de glazen gevel is de entree opgenomen in een natuurstenen wand. Maar de deur zelf is daarbij nauwelijks gearticuleerd. Alleen de massieve luifel boven de entree vormt een vertrouwd welkomstgebaar.

  Literatuur

Illustraties:

Literatuur wordt geladen ...