Naam: | Gouvernmentsgebouw Drenthe |
Type: | regeringsgebouwen; |
Opdrachtgever: | //uitbreiding met voorvleugel/1884-1886 |
Uitgevoerd: | ja |
Bestaand: | ja |
Architecten: | Havelaar, J.P., 1876; Lokhorst, J. van, 1880; Lokhorst, J. van, 1884, 1886, voorvleugel-; Lokhorst, J. van, 1897, 1901, uitbreiding met provinciaal archief en museum-; |
Bijdragen: | onbekend -uitvoering achtervleugel-, Boonstra -uitvoering voorvleugel-, Sturm, G. -ontwerp muurschilderingen-, Florack, F. -uitvoering muurschilderingen-, Stoltzenberg, F. -natuurstenen ornamenten-, |
Adres: | Brink 1-3, Assen; |
Archiefgegevens: | NA/archief ministerie van Binnenlandse Zaken, archief afdeling Kunsten en Wetens |
De uitbreiding van het gouvernementsgebouw in Assen, waarvan de hoofdstructuur werd bepaald door het van oorsprong middeleeuwse kloostercomplex, was een van Van Lokhorsts eerste opdrachten als Rijksbouwkundige. In 1876 was echter al een nieuwbouwplan gemaakt door ingenieur van Waterstaat J.P. Havelaar, bestaande uit een vleugel achter het voorgebouw, op het kloosterhof. Van Lokhorst maakte echter bezwaar tegen het gebrek aan samenhang tussen het oude en nieuwe deel en kwam in 1880 met een eigen versie, die in hoofdlijnen op dat van Havelaar leek en in 1882-1883 werd uitgevoerd. Deze achtervleugel bevatte werkvertrekken voor de ambtenaren en de representatieve Statenzaal, een rechthoekige ruimte met hoge vensters in de zijgevels en een publieke tribune tegen een van de kopse kanten. Terwijl de achtervleugel in aanbouw was, werd duidelijk dat het voorgebouw aan de Brink zich in zeer slechte staat bevond. Cuypers adviseerde het linkse deel van de voorvleugel af te breken en een nieuw ontwerp van Havelaar en Van Lokhorst op te trekken. Dit volume bevatte onder meer de zaal en het kabinet van de commissaris des konings, de zaal voor gedeputeerden en de zaal voor de derde afdeling der Staten. Anders dan bij de expliciet neogotische gouvernementsgebouwen in Leeuwarden en Zwolle, werd in Assen gekozen voor de neorenaissance. De reden hiervoor zou kunnen liggen in het in wezen stedelijke karakter van de neogotiek, terwijl het Assense gebouw - gelegen aan de Brink - een meer landelijke associatie vergde. De voorgevel werd derhalve opgetrokken in een uitbundige Hollandse neorenaissancestijl, met bandwerk, boogvelden en friezen ingevuld met siermetselwerk en natuurstenen reli?fs uitgevoerd door het atelier van F. Stoltzenberg. Kenmerkend voor Van Lokhorst, zeker in vergelijking met Havelaars' strenge ontwerp, is de onregelmatige, of 'functionele'gevelopzet, met risalieten, rechthoekige erkers, verspringend lijst- en dakwerk en verschillende vensterstypen. Inwendig zijn vooral de schilderingen met een locale iconografie in de Statenzaal bijzonder, ontworpen door de Weense kunstenaar Georg Sturm en uitgevoerd door de Duitser F. Florack. De overwelfde vestibule met trappenhuis is afgewerkt met polychrome vloeren, lambriseringen en sjabloonschilderingen op de wanden en gewelfvelden. Bijzonder zijn de natuurstenen en beschilderde sleutelstukken in de vorm van portretten van aannemer Boonstra, opzichter Van Otterloo en waterstaatsingenieur Havelaar. Het eclectisch vormgegeven meubilair kwam eveneens uit het bureau van Van Lokhorst. Van 1897 tot 1901 werd het complex aan de achterzijde nog uitgebreid, op de plaats van een van de armen van de kloostergang. Hier kwam een rechthoekige vleugel met ronde traptoren voor het provinciaal rijksarchief en het provinciaal museum, uitgevoerd in een sobere neorenaissancestijl. Nadat de provincie in 1973 het gebouw had verlaten, is het geheel in fasen gerestaureerd en werd het in 1982 in gebruikgenomen als Drents Museum, een functie die het gebouw heden nog vervuld.