Naam: | Wijkgebouw Nederlands Hervormde Gemeente Oostenburg Amsterdam |
Type: | gemeenschapscentra; |
Uitgevoerd: | ja |
Architecten: | Langhout, A.J.; Langhout, G.J.; Duintjer, M.F., 1952, verbouwing tot wijkgebouw-; |
Bijdragen: | Richters, Han -beeldhouwwerken-, |
Adres: | Blankenstraat, Amsterdam; |
Archiefgegevens: | Archief Architectengroep Duintjer/;Priv�-archief Esger Duintjer/ |
Het gebouw is een verbouwd fabriekspand van een veredelingsbedrijf van bontvellen. De hoofdvorm is gehandhaafd en iets verlengd. Het gebouw heeft twee lagen en een flauw hellend zadeldak. Er werd een zaal voor 200 personen met een podium met bijbehorende garderobe, toiletten en een kleine keuken in ondergebracht. Ook kwamen er een dokterskamer met wachtruimte, een bestuurskamer, een catechisatielokaal, enige berg- en archiefruimten en een conci�rgewoning in het gebouw. De fabriekstoren moest gedeeltelijk worden gesloopt vanwege de bouwkundige staat, de resterende 14 meter werd gebruikt als sokkel voor een betonnen beeld van Han Richters waarmee uitdrukking werd gegeven aan Jesaja 6: 'en hij had ene gloeiende kool in zijn hand, die hij met de tang van het altaar genomen had'. Hij maakte ook een gipsen afgietsel van het beeldhouwwerk voor in de zaal. Duintjers handhaafde de oorspronkelijke fabrieksgevel, waarin hij een aantal openingen toevoegde. De voorgevel is op de tweede verdieping volledig geopend. De bruikbaarheid van de tweede verdieping werd vergroot door twee prominente dakkapellen, die net als de rest van het dak een overstek kregen. Het verlengde deel van de gevel is in glas uitgevoerd, het oorspronkelijke dak loopt door over de uitbouw. De afwerking van het gebouw is simpel gehouden: wit gestuukte wanden en plafonds, schoon metselwerk, houten trappen met een stalen balustrade en tegelvloeren.