Naam: Kantoorgebouw Candida Nieuwezijds Voorburgwal Amsterdam
Type: kantoorgebouwen;
Opdrachtgever: N.V. Amsterdamsche Mij. tot Exploitatie van Etagewoningen
Uitgevoerd: ja
Bestaand: ja
Architecten: Warners, F.A., 1930; onbekend, 1985, renovatie-;
Bijdragen: onbekend -uitvoering-,
Adres: Nieuwezijds Voorburgwal 120-126, 1012 SH, Amsterdam;
Archiefgegevens: NAi/WARS, dossier z.n.;NAi/KNIJ ph243
Bijzonderheden:

Eind 1930 koopt F.A. Warners, in de hoedanigheid van directeur van de N.V. Amsterdamsche Mij. tot Exploitatie van Etagewoningen (AMEE), verscheidene panden (waarschijnlijk elf stuks) aan de Nieuwezijds Voorburgwal en de Spuistraat in Amsterdam. De huizen worden afgebroken en voor het betrekkelijk kleine perceel ontwerpt Warners kantoorpand 'Candida'. Door de ligging in een gewild stuk van de Amsterdamse binnenstad, is de grond voor die dagen ongewoon duur, namelijk ?125.000,- voor 360 m2, dus circa ?347,- per m2. De AMEE koopt het terrein omdat het Warners een goede kantoorlocatie lijkt en er een grote bouwhoogte toegestaan is. De Nieuwezijds Voorburgwal blijkt een bouwhoogte van ruim 35 meter toe te laten, terwijl de achterzijde, door de geringe breedte van de Spuistraat, aan 25 meter gebonden is. De opgave is om op het kostbare terrein een zo eenvoudig mogelijk gebouw te ontwerpen, dat doelmatig en economisch te exploiteren is. Het oorspronkelijke ontwerp heeft een breedte aan de Nieuwezijds Voorburgwal van veertien meter en aan de Spuistraat van achttien meter. Het belendend perceel Nieuwezijds Voorburgwal 120 blijkt echter zo bouwvallig, dat het om verzakking te voorkomen eveneens door de AMEE gekocht en vervolgens gesloopt wordt. Het terrein van 'Candida' krijgt hierdoor een gunstiger, meer vierkante plattegrond van achttien bij 22 meter. Op de 396 m2 ontwerpt Warners een licht en eigentijds kantoorgebouw dat tien verdiepingen beslaat. Oorspronkelijk wordt Candida, geheel in de traditie van de Amerikaanse skyscraper, ontworpen met een staalskelet. Doordat bij de aanbesteding blijkt dat een betonconstructie goedkoper is, wordt voor het laatste gekozen. Rondom een kern van gewapend beton wordt een onderbouw opgetrokken in Beiers graniet, terwijl het muurwerk, dat geen constructieve functie heeft, uitgevoerd wordt in baksteen. De oranjerode Utrechtse handvormsteen sluit aan bij de bestaande bebouwing. Warners combineert deze warm gekleurde steen met 'zakelijke' stalen raamreeksen. Warners heeft er naar gestreefd de indeling van het gebouw zo effici?nt en economisch mogelijk te maken. Het verlies aan ruimte wordt op deze wijze zo beperkt mogelijk gehouden. De kantoorruimten zijn heel licht, wat het gevolg is van de ononderbroken raamreeksen. Zij laten een maximum aan daglicht toe. Het contact tussen de tien verdiepingen kan, behalve met de trap in de centrale hal, met een paternosterlift onderhouden worden. Beide liggen in het midden van het gebouw en krijgen licht door een inham aan de Spuistraatzijde. Aan het binnenplaatsje grenzen aan de buitenzijde balkons, die onderling met elkaar verbonden worden door brandladders. Ze vormen een accent in de verder horizontaal gelede gevels. De horizontaliteit wordt bepaald door de lichte banden van vloeren en raamdorpels en de decoratief gemetselde borstweringen ertussen. Aan de zijde van de Nieuwezijds Voorburgwal loopt de band boven de begane grond over in een halfcirkelvormige luifel. De luifel fungeert als zwevende drager voor de glazen zuil die door de doorlopende erkers gevormd wordt. Tegelijkertijd accentueert zij de hoofdingang, die overigens alleen bestemd is voor de directeuren van de verschillende firma's en hun client?le. Laatstgenoemde kan zich melden bij de portier die in een glazen hokje vlak achter de entree zit. Het personeel betreedt het gebouw aan de achterzijde, aan de Spuistraat. Deze meer bescheiden ingang, de huidige ingang van de portierswoning, geeft ook toegang tot de fietsenkelder. Vanuit hier bereikt het personeel de hal met trappenhuis en liften. Naast de achteringang woont de portier, zodat er permanent iemand in het gebouw aanwezig is. Midden jaren tachtig van de twintigste eeuw is het gebouw gerenoveerd. De portierswoning is uitgebreid en heeft een directe toegang naar de straat gekregen middels de oude personeelsingang. De gevels zijn gereinigd en de stalen ramen zijn vervangen door kunstof exemplaren. De ramen aan het binnenplaatsje zijn nog wel oorspronkelijk en ook in het gebouw zijn nog oorspronkelijke deuren van staal en glas te vinden.

  Literatuur

Illustraties:

Literatuur wordt geladen ...