Naam:	Paviljoen Von Wied Scheveningen
Type:	buitenhuizen;
Opdrachtgever:	Koning Willem I
Uitgevoerd:	ja
Bestaand:	ja
Architecten:	Noordendorp, A.J., 1826;
Bijdragen:	onbekend -uitvoering-,
Adres:	Pellanaerstraat 4, 2586EK, Scheveningen;
Archiefgegevens:	Koninklijk Historisch Archief/E9a IVB no. 4;Koninklijk Historisch Archief/E9a V

Bijzonderheden:

Aanleiding tot de bouw was de wens van de Koning om verbetering te brengen in de zwakke gezondheid van Koningin Frederica Louisa Wilhelmina van Pruisen. Bouwmeester der Koninklijke Paleizen en Landsgebouwen A. Noordendorp kreeg de opdracht een paviljoen aan zee te ontwerpen. Het gebouwtje moest gereed zijn op 18 november 1827, de 53ste verjaardag van de Koningin. De aanbesteding van het paviljoen vond plaats op 4 april 1826. Het werk werd aangenomen door Mr. Timmerman Th. Molkenboer voor NLG 53700,-. Met de bouw werd direct in april begonnen. J.C. Hoffman (steenhouwer), J.A. Schick & Comp. (ameublement) droegen ook bij aan de opbouw en inrichting van het Paviljoen. Aan J.A. Schick & Comp. werd op 17 december 1830 NLG 7583,20 betaald voor het geleverde ameublement. Op 18 oktober 1830 werd de heer Mullersee NLG 4200,- betaald voor het vervaardigen en plaatsen van twee attributen voor de "kolossale Standbeelden", die voor het paviljoen geplaatst werden. A. Roodenburg was vanaf 11 augustus 1828 voor 31 dagen opzichter. Hiervoor ontving hij NLG 46,50. Uiteindelijk werd voor de bouw NLG 82736,44 uitgegeven. Bij KB van 2 februari 1829 (nr. 42) verkreeg Th. Molkenboer "uit hoofde der groote Schade door hem geleden geworden bij den opbouw" nog een schadeloosstelling van NLG 6000,-. Na de dood van Koning Willem I in 1843 erfde Prins Frederik het paviljoen, vervolgens erfde zijn dochter het en uiteindelijk kwam het in 1918 in bezit van de Nieuwe of Litteraire Sociëteit De Witte. Een algehele restauratie van Jan Wils had plaats in 1955; naast een onderhoudsrestauratie (C.J. van Harmelen) in 1994 (waarbij onder andere de water- en gasleidingen vervangen werden en een lift en een nieuwe keuken werden aangelegd) werd het paviljoen geïntegreerd in het (grotendeels ondergrondse) museum `Beelden aan Zee' (W. Quist).

  Literatuur