Naam: Rijksarchiefgebouw Noord-Brabant
Type: archiefgebouwen;
Opdrachtgever: Ministerie van Binnenlandse Zaken
Uitgevoerd: ja
Bestaand: ja
Architecten: Lokhorst, J. van, 1881; Lokhorst, J. van, 1887, 1889, uitbreiding met tweede depot-; Hendriks, J.H. (aannemer), 1932, 1934, interne verbouwing-; onbekend, 1950, 1979, kleinschalige interne verbouwingen en moderniserin-;
Bijdragen: Jean van Groenendaal (Loosduinen) -uitvoering-,
Adres: Waterstraat 20, Den Bosch;
Bijzonderheden:

Het markante, vrijstaande Rijksarchiefgebouw van Noord-Brabant werd speciaal voor deze functie ontworpen en is een van de eerste van een reeks laatnegentiende-eeuwse Rijksarchiefgebouwen in Nederland. In 1876 werd besloten grond te verwerven voor de bouw van een nieuw archiefgebouw, te bouwen op de hoek van de Waterstraat en de Mortel direct naast de oudbouw van de gouvernements- en griffiegebouwen. Op 15 september 1880 kreeg Van Lokhorst opdracht een ontwerp in te dienen. Hierbij diende hij expliciet rekening te houden met toekomstige uitbreidingen op het erf van de naastgelegen smederij Smulders. Van Lokhorst uitgevoerde ontwerp uit 1881, dat na enige kritiek van Cuypers aangepast werd, bestond uit een rechthoekig bouwblok. Het voorste deel, een dwarspand van twee lagen opgetrokken in neorenaissancistische vormen, kwam aan de Waterstraat en bevatte in de oorspronkelijke situatie dienstvertrekken: onder meer rijk gedecoreerde kamers voor het publiek en de archivaris. Opvallend in de hoofdgevel is de monumentale, in natuursteen uitgevoerde toegangspartij met gevelsteen. De diepe achterbouw vormde het eigenlijke depotgedeelte, verdeeld over vier gedrukte verdiepingen. Op de rechter achterhoek kwam een ronde, uitlopende traptoren. De hoognodige en deels voorziene uitbreidingen uit 1887 behelsden twee extra depotruimten, ondergebracht in een hogere, beeldbepalende aanbouw rechts van het dienstgebouw aan de voorzijde en een vergelijkbare uitbreiding van het bestaande depot aan de achterzijde. Alle bouwdelen liggen onder hoge, haaks staande zadelkappen met polonceauspanten. Het geheel is opgetrokken in sierlijke Hollandse neorenaissancevormen voorzien van siermetselwerk, trapgevels, boogfriesjes en natuurstenen accenten. De blinde achtergevel van het depotgebouw is versierd met gekleurde baksteenmotieven. Inwendig is vooral de archivariskamer in het dienstgebouw uitbundig afgewerkt, met gesjabloneerde wand- en plafonddecoraties, en het trappenhuis opgebouwd uit natuurstenen treden, zuilen en kapitelen. De depots bestaan uit stenen buitenmuren en een stalen draagconstructie, een relatief nieuwe constructiewijze destijds. Een dergelijke staalconstructie verminderde enerzijds het brandgevaar en liet tevens toe dat de verdiepingshoogte aan de hoogte van de kasten kon worden aangepast teneinde de beschikbare magazijnruimte te optimaliseren. Het gebruik van smeedijzeren roosters als loopvloeren bevorderde de noodzakelijke doorluchting en verticale verspreiding van het schaarse daglicht. Het vroegste gedeelte van het gebouw werd verwarmd door warme lucht; het deel uit 1887 door warm water. Vanaf 1898 werd links van het Rijksarchiefgebouw begonnen aan de grootschalige verbouwing en nieuwbouw van de Gouvernementele Griffie, eveneens van de hand van Van Lokhorst. In 1985 werd besloten het Rijksarchief elders onder te brengen. Het complex is inmiddels omgebouwd tot woningen.

  Literatuur

Illustraties:

Literatuur wordt geladen ...