Naam: Stadion Nederlandsch Sportpark Amstelveenseweg 235-241 Amsterdam
Type: stadions;
Opdrachtgever: Maatschappij tot Exploitatie van het Nederlandsch Sportpark/1912 en 1919
Uitgevoerd: ja
Bestaand: nee
Architecten: Mastenbroek, G.F., 1919, wielerbaan-; Elte Phzn., H., 1912;
Bijdragen: fa.G.F.Lutter en H.B. Lotgering -uitvoering-,
Adres: Amstelveenseweg 235-241, 1076 CP, Amsterdam;
Archiefgegevens: Gemeentearchief Amsterdam/Bouw- en Woningtoezicht (archief nr. 5221), dossier 21
Prijsvraag: Stadion-prijsvraag
Motto: Banardes
Bijzonderheden:

De Maatschappij tot Exploitatie van het Nederlandsch Sportpark schreef in 1912 een prijsvraag uit. Er waren 24 inzendingen. Eltes ontwerp onder het motto "Banardes" kreeg de eerste prijs. De jury bestond uit de architecten H.P. Berlage (voorzitter), C.B. Posthumus Meyjes, J.H.W. Leliman, alsmede F.W. baron van Tuyll van Serooskerken (voorz. Ned. Olympisch Comit?) en J. Warner (voorz. Ned. Voetbal Bond). Uit het juryrapport: "De architectuur zowel van het stadion als het voorplein is ingevolge het kennelijk streven naar beperking in verband met de gestelde bouwsom, eenvoudig en sober maar beschaafd en - hoewel ietwat massief - van een passend karakter." "Ten aanzien van de begrooting der beider laatstgenoemde ontwerpen "Banardes" en "Tijdgeest" heeft de Jury alle reserve in acht te nemen. Zij heeft echter overwogen dat door gepaste bezuiniging bij de beide ontwerpen, die het vraagstuk op zeer economische wijze aanvatten, de mogelijkheid bestaat om hen, met behoud hunner kwaliteiten, voor de gestelde som te verwezenlijken. "Elte liet zich bij zijn ontwerp inspireren door Berlage en het voor de Olympische Spelen van 1912 gebouwde stadion in Stockholm van de Zweedse architect Torben Grut. Elte had dit monumentale bakstenen gebouw met twee zware hoektorens op een studiereis bezocht. Eltes stadion had een capaciteit van 30.000 toeschouwers. De tribune aan de zuidkant was overdekt, de overige tribunes waren niet overdekt. De lange zijden waren recht, de korte zijden waren gebogen. Op hoeken stonden vier monumentale torens, op de overgang van de hogere naar de lagere tribunes, waarin de trappen en woningen voor het personeel waren ondergebracht. Op verzoek van de Schoonheidscommissie paste Elte verschillende detailleringen aan. De kappen van de torens en de bebouwing op de hoeken werden vervangen door platte daken met gemetselde balustraden. De bouw vond plaats in 1913-1914 door de aannemersfirma G.F. Lutter en H.B. Lotgering te Amsterdam. Een caf?-restaurant op de zuidoosthoek werd niet gerealiseerd. De eerste voetbalwedstrijd vond plaats op 5 april 1914 in het nog niet voltooide stadion. Het stadion werd op 24 mei 1914 ingewijd. Cornelis Kruyswijk (1884-1935) was hoofdopzichter tijdens de uitvoering. In 1919 liet de directeur van het "Sportpark" de zuidelijke torens in verband met doordringen van water in de beide woningen bepleisteren. Dit zonder vooroverleg met Elte en Mastenbroek (zij hadden het vochtprobleem tot dan niet kunnen oplossen), die net als de directeur Bouwtoezicht en de Schoonheidscommissie daartegen ernstig bezwaar maakten. De torens bleven evenwel tot de sloop in een lichte kleur gepleisterd. Toen Amsterdam in 1923 de Olympische Spelen van 1928 kreeg toegewezen werd aanvankelijk besloten het op dat moment pas negen jaar oude stadion van Elte voor deze gelegenheid te verbouwen. Vanwege zijn grote interesse voor sportgebouwen werd hiervoor Jan Wils, ??n van de toen meest vooraanstaande architecten, gekozen. Wils was echter niet gelukkig met zijn eigen verbouwplan en de gemeente wilde ter plaatse van Eltes stadion de laatste uitbreiding van het Plan Zuid realiseren. Om die redenen werd besloten een nieuw stadion aan de andere kant van de Amstelveenseweg te bouwen. Het stadion van Elte diende tijdens de Spelen als oefenstadion en werd in 1929 afgebroken.

  Literatuur

Illustraties:

Literatuur wordt geladen ...