Naam:	Post-, telegraaf- en telefoongebouw (Geld- en telefoniekantoor) Keizerstraat Breda
Type:	kantoorgebouwen; ,postkantoren;
Opdrachtgever:	Rijksgebouwendienst (intern)
Uitgevoerd:	ja
Bestaand:	nee
Architecten:	Bremer, G.C. (Rijksgebouwendienst), 1929, 1930; Smink, G.P. (Rijksgebouwendienst), 1929, 1930, toezicht uitvoering-; Lanting, K. (Rijksgebouwendienst), 1939, toezicht uitvoering uitbreiding-; Bremer, G.C. (Rijksgebouwendienst), 1939, supervisie uitbreiding-;
Bijdragen:	onbekend -uitvoering-, Vollenberg, W.M. (aannemer, Oss) -uitvoering-, Lunteren, J.P.H. van -beeldhouwwerk-,
Adres:	Keizerstraat, Breda;
Archiefgegevens:	Museum voor Communicatie/Archief, GB per stad, dossier Breda;Nationaal Archief/4

Bijzonderheden:

Het kantoor te Breda werd op 13 mei 1930 aanbesteed (opdracht nr. 319) en in 1932 in gebruik genomen. Op 1 november 1932 werd de telegraafdienst naar het nieuwe gebouw aan de Keizerstraat overgebracht. In 1939 werd het pand uitgebreid (opdracht nr. 319) onder leiding van bouwkundig ambtenaar K. Lanting. Het gebouw had een gewapend-betonconstructie met gevels in metselwerk en natuursteen en was voorzien van een traditioneel zadeldak. Rijksbeeldhouwer J.P.H. van Lunteren vervaardigde de bouwsculptuur.
Het gebouw werd in Bremers necrologie als ontwerp van de rijksbouwmeester aangewezen en het werd in het deel 16 (1934) van de reeks Moderne Bouwkunst in Nederland als Bremers ontwerp gepubliceerd. Volgens het boek De Rijksbouwmeesters zijn er bouwkundige elementen op basis waarvan kan worden aangenomen dat Bremer zelf het gebouw heeft ontworpen. In het boek worden genoemd: de hoge, over de verdiepingen doorlopende vensterstroken, afgewisseld met uitspringende smalle gevelvlakken en de twee pijlers links en rechts als begrenzing van het gebouw. In 1939 werd het postkantoor uitgebreid. Het pand werd tijdens de Tweede Wereldoorlog gedeeltelijk verwoest en daarom is het in 1944 gesloopt.

  Literatuur