Het ontwerp betreft een vrijstaand bouwvolume dat qua schaal en geledingaansluit bij de gevelwand ernaast. Het bouwterrein in het oude centrum van Leeuwarden werd omgeven door kleine panden met kappen, al stonden in de rooilijn ook enkele grote gebouwen zoals de belendende Kanselarij. Voor het bejaardencomplex koos Theo Bosch voor de verzelfstandiging van het blok door een steeg tussen de bouwvolumes te laten. De geleding is verkregen door de in het zicht gelaten kolommenstructuur, erkers en inspringende balkons die alleen in de hoogste laag voorkomen. Het halfgesloten, ongelijkzijdige U-vormige blok is geconcentreerd rond een hof. De open zijde van het blok grenst aan een groengebied. Volgens het bestemmingsplan was het binnenterrein een openbaar gebied. Vanwege de aard van het complex en de ruimtelijke relaties tussen het bouwblok en het binnenterrein koos Bosch ervoor, de door glazen wanden begrensde galerijen aan de binnenzijde van het blok te situeren. De woon- en slaapkamers zijn daarom op de straat geori?nteerd. Bosch had de hof liever semi-openbaar gezien en voorzag daarom de bewoners op de derde verdieping van een dakterras. Alle woningen zijn voorzien van een erker of een serre.