Naam: Complex woningen Bouwrai James Stewartstraat Almere
Type: woningbouwcomplexen;
Opdrachtgever: Bouwfonds Woningbouw, Haarlem
Uitgevoerd: ja
Bestaand: ja
Architecten: Bosch, Th.J.J. (Bosch (Bosch, Th.J.J.)), 1990, 1991;
Bijdragen: M.J. de Nijs -uitvoering-,
Adres: James Stewartstraat, Almere;
Archiefgegevens: NAi/BOSC 259, 260, 261, 262, 263, 264, 265, 266, f267, n451
Bijzonderheden:

In de jaren zeventig weigerden Aldo van Eyck en Theo Bosch betrokken te worden bij de ontwikkeling van Almere, omdat zij beslist niet wilde meewerken aan het overloopbeleid dat slaapsteden cre?erde. Voor een kleine bijdrage aan een experimentele woonwijk wilde men twintig jaar later wel wat water bij de wijn doen. In het kader van de tweede buitenexpositie van de NWR-Bouwrai ontwierp Van Eyck een gezondheidscentrum en Bosch een strookje met 17 eengezinswoningen. Aan de vooravond van de Vinex-operatie werden architecten in de gelegenheid gesteld de eenvormigheid van de rijtjeswoning uit de 'slaapstadperiode' van de jaren zeventig te doorbreken en de kwaliteit van de eengezinswoning te verbeteren. In veel gevallen leidde dit tot architectonische ontwerpen met gecompliceerde vormen en materiaalcombinaties. Bosch meed onnodige complexiteit en concentreerde zich op de fundamentele thema's 'ruimte en licht', het motto van zijn ontwerp.
Voor de tweede Bouwrai werd een geheel nieuwe wijk gepland ten oosten van het stadhuis, in een gebied dat in 1991 nog een zandvlakte was. De structuur van de Filmwijk bestaat uit een halve cirkel met een radiaal stratenpatroon. Dit patroon is ontwikkeld op basis van 32 ontwerpen, gemaakt door de via ontwikkelaars uitgenodigde architecten. Stedenbouwkundige randvoorwaarden waren er niet, het cirkelmotief werd meegegeven. Onder meer vanwege het succes van de Sijzenbaan in Deventer was Bosch door het Bouwfonds gevraagd een opzet voor een ideale woning te maken. Na de verdeling van de projecten kreeg hij de opdracht het schetsontwerp uit te werken voor een langwerpige kavel aan de zuidzijde van de halfronde buurtweg.
Bosch werd geconfronteerd met een situering van de tuinen aan de noordzijde, hetgeen bewoners in het algemeen niet prettig vinden. Hij besloot de bergingen, die vaak alleen licht wegnemen, aan de tuinkant te situeren. De voorgevels van de woningen zijn daarmee onbelemmerd geori?nteerd op de zonkant. Bij ??n van de voorgevelstudies noteerde Bosch 'metselwerk? h? nee!'. De keuze viel op een zeer fijne structuur sierpleister in lichtgeel en een iets feller geel voor de plint; bij woningen waarin veel daglicht wordt binnengelaten paste volgens Bosch een fris uiterlijk met lichtreflecterende vlakken. Door enkele eigenzinnige ontwerpoplossingen kan dat daglicht ruimschoots toetreden. De bouwmuren zijn, bijna parallel met de Noordpijl, in een hoekverdraaiing ten opzichte van de lengteas van het strookje geplaatst, voor een optimale ori?ntatie op de zon. Om het licht met zoveel mogelijk verschillende zonnestanden binnen te laten en het uitzicht maximaal te benutten zijn aan de voor- en achterzijde gefacetteerde glaspuien toegepast van twee lagen hoog. De draaiing van de bouwmuren bood ruimte met deze puien een expressief gevelvlak te cre?ren. Bosch probeerde deze, wat hijzelf 'erkerachtige gevelpuien' noemde, zo groot mogelijk te maken door de stramienmaat te maximaliseren. Hiervan werd wat afgesnoept toen de opdrachtgever halverwege het ontwerpproces verzocht twee extra woningen in de strook op te nemen. Het daglicht kan tot diep in de woningen doordringen omdat aan de voor- en achterzijde gelijkvormige vides zijn toegepast. Ter versterking van het ruimtelijk effect hiervan zijn de binnengevels uitgevoerd als ononderbroken vlakken. Door de toepassing van de twee verdiepingen hoge puien en de vides is de gebruikelijke doosvorm van de eengezinswoning vermeden en worden in verschillende richtingen lange zichtlijnen gecre?erd. Bovendien worden met de vides ruimtelijke relaties gelegd die in de gemiddelde eengezinswoning niet voorkomen. Zo wordt contact gecre?erd tussen de woonkamer en kinderslaapkamers aan de tuinzijde en tussen de eetkamer en de hoofdslaapkamer aan de straatzijde. Ook in de kopwoningen is een vide opgenomen, waarmee een ruimtelijke verbinding is ontstaan tussen de eetkeuken en de overloop op de verdieping. Opvallend aan deze woning is de halfronde basisvorm waarmee Bosch het Almeerse cirkelmotief verwerkte en het bouwvolume met een zuivere vorm afrondde. Met de licht uitkragende, donker gekleurde dakrand wordt eenheid gesmeed in het geheel.

  Literatuur

Illustraties:

Literatuur wordt geladen ...